REPORTAGE
verschenen in Decors
TEKST PHILIP WILLAERT • FOTO’S GUY OBIJN
Alice in Wonderland
Vlaanderen wemelt van historische panden, het bezit een geweldig patrimonium zoals dit pand. Interieurarchitect Frank Sinnaeve hertekende de woning en trok de lijn naar heden en verleden. Een verkenning door de tijd.
Interieurarchitect Frank Sinnaeve is niet de man van de historische obsessie. Hij onderschrijft het voortschrijden in de tijd en neemt die tijd graag als leidraad. Daarin is voor hem een toekomst weggelegd, geënt op het hedendaagse leven en tegelijkertijd gestoeld op traditie en geschiedenis. En precies dat leven verandert voortdurend. Kijk maar hoe spectaculair de ontwikkeling van IT op ons ingrijpt en ons gedrag totaal heeft omgegooid. Het project dat we bezochten is een historisch pand uit de achttiende eeuw. In werkelijkheid een gewone woning met zadeldak wellicht toebehorend aan een wagenmakeratelier annex woning. Wat het project zo prettig maakt, is de aangename switch tussen oud en nieuw. Sinnaeve betoont respect en gaat complexloos een dialoog aan met het verleden. De vervloeiing van toen en nu is zo geruisloos georganiseerd dat je er nauwelijks bewust van bent dat hier met beddenpan en kaarslicht werd geleefd. "We hebben de woning zowel gerestaureerd als gerenoveerd", zegt Sinnaeve. Hij wijst in de kleine, maar zeer gezellige keuken naar de trap van olmhout – olm was vroeger het eik der armen – een pronkstukje waar hij zo van kan genieten als hij er naar kijkt. Dat zijn nu net de troeven die deze interieurarchitect altijd weer weet uit te buiten. Steeds ontmoeten we in zijn projecten het gevoel voor ruimte en tactiliteit en nooit hetzelfde resultaat. Nooit die doortrapte eentonigheid en eenduidigheid waar heel wat interieurarchitecten zich aan ‘bezondigen’. Het project demonstreert expliciet hoe het vak van interieurarchitect zich weet op te laden met culturele componenten. En vooral hoe noodzakelijk dit ook is.
Trapjes en niveauverschillen maken dit project ongemeen verrassend. De oude deur die toegang geeft tot de keuken is van olmenhout ooit het eikenhout van de armen genoemd.
CONTAINERRUIMTE
In dit verhaal bespeelt de interieurarchitect meesterlijk de ruimtes, hij serveert ze als aparte entiteiten, verrassend en doortastend. Gaan we de trapjes op vanuit de keuken dan komen we in het nachtgedeelte. Een smalle gang onder het dakgebinte, hagelwit geschilderd. Het licht valt zoetjes naar binnen via dakramen. Op deze verdieping bevindt zich vijf trapjes hoger de ontspanningsruimte. Het is alsof we dwalen in de wereld van Alice in Wonderland. Achter elke deur schuilt een andere experience. Een kamertje om te mijmeren en weg te dromen ver van de wereld. Dat gevoel van zweven door de hogere ligging ten opzichte van de andere kamers. Sinnaeve spreekt over een containerruimte. Een verrassing die smaakt en blijft plakken aan de retina en zich nestelt in het geheugen. Wonen associëren we met herinneringen, geheugen en verbeelding, maat en omvang. Wie de plekken bezoekt van zijn jeugd ervaart ze op volwassen leeftijd op een totaal andere wijze. Kamers lijken kleiner dan we ons herinneren, onze mental map heeft zich in de loop der jaren gewijzigd.
Het is alsof we dwalen in de wereld van Alice in Wonderland. Achter elke deur schuilt een andere experience. Een kamertje om te mijmeren en weg te dromen ver van de wereld.
De kleine gezellige keuken is een mix van oude en hedendaagse vormgeving. De kookplaat integreerde de interieurarchitect in de haardmond. De houten zoldering vormt een mooi contrast met de sober betegelde vloer. De oude elementen zorgen voor een stoer contrast tegenover het ‘historieloze’ materiaal van het aanrecht.
SURPRISES
De ingrepen van interieurarchitect Frank Sinnaeve in dit achttiende-eeuwse universum zijn uitermate terughoudend en nederig. In huis vinden we op de overgebleven oude deuren nog de authentieke sloten. Authenticiteit en moderniteit voelen zich perfect in elkaars buurt. De buitenkeukendeur van olmenhout geeft uit op een veilig gesloten binnenkoer, ze is oorspronkelijk en fors getekend met rimpels en groeven. De deur draait langs binnen open, ze kreeg als gezelschap een beschermende ‘tweelingdeur’, een fraai staalprofiel die naar buiten draait en de oude historische deur in bescherming neemt. Een sterkere metafoor voor dit woonproject is quasi ondenkbaar. Het beeld spreekt in elk geval boekdelen. Wat deze woning onderscheidt, zijn de vele niveauverschillen, ze zorgen voor surprises en overvallen de bezoeker die algauw ontdekt dat de wirwar aan kamertjes en opstapjes als een puzzel wonderlijk in elkaar past. De keukenkasten hebben voldoende diepte doordat ze van de ruimte profiteren van de aanpalende overwelfde kelder. Die verwevenheid zorgt niet alleen voor warme charme, maar tevens voor een knappe ruimtelijke spanning. Om een voorbeeld te geven: de ouderlijke slaapkamer mondt uit in de gloednieuwe kantoren van het aanpalende gebouw. Als de deur open staat stromen twee werelden elkaar tegemoet. De nieuwbouw is glashelder en transparant en vooral rechtlijnig, terwijl de achttiende-eeuwse woning stijlvol en met fierheid de geschiedenis laat ontrollen in de ontelbare sporen en littekens die ze draagt.
Het strakke aangebouwde volume herbergt verschillende functies. De bestrating loopt door naar binnen en schept een gevoel van ruimtelijke continuïteit.
ZWARTE DOOS
Er is binnen dit historisch gegeven natuurlijk ook de tegenwoordige tijd met zijn eigen grillen en ruimtelijke schikkingen, hier knap vormgegeven in een vederlicht balkje met grote glasvlakken uitkijkend op de door een bakstenen muur omheinde binnenkoer. "Van hieruit heb je een geweldig verbredend zicht", oppert interieurarchitect Sinnaeve terwijl hij zijn armen in V-vorm uitstrekt richting de stad die over de omheiningmuur naar binnen gluurt. "Kijk naar die open lijnen en wisselende perspectieven!", zegt de interieurarchitect zichtbaar content. De nieuwe inkomdeur mondt uit in een ‘sas’, meer nog een scharnierpunt tussen oud en nieuw. Het nieuwe glazen volume herbergt een zwarte doos, aan de buitenkant zwartgeschilderde MDF, voor de binnenkant koos de interieurarchitect voor meer afgewerkte zwart matte stratifié (Abet Laminati). De functies ondergebracht in deze zwarte doos zijn: vestiaire, berging en toilet. En verder siert op deze plek een sculptuur van cortenstaal dat uitkijkt op het rimpelige oppervlak van de waterpartij waarin zich het wagenmakersatelier spiegelt. Het project noemt Sinnaeve een door en door interieurproject waarin het werkterrein van de interieurarchitect echt in de kijker wordt gezet. "Wij zijn geen decorateurs, daarvoor is de architecturale impact van mijn tussenkomst te sprekend."
De woning draagt waardig de geschiedenis, interieurarchitect Sinnaeve ging vitalistisch met dit verleden om en schonk het een toekomst door met veel verbeelding de ruimtes in te richten.
De woonkamer in het oude huis oogt hedendaags door onder meer de open haard en de strakke plankenvloer van eikenhout. De haard splitst de ruimte op in eetkamer en intieme zithoek.
ALS FLUWEEL
Wat het werk van Frank Sinnaeve kenmerkt, is zijn gevoel voor materialen, belijning, ruimtelijke indelingen en overgangen. Ontwerpen is sensaties versterken liet de interieurarchitect bij een van onze vorige ontmoetingen optekenen . En dat is zeerzeker ook bij dit project het geval. Hij is een grootmeester in het bespelen van het tactiele, hij let op de details en weet ze in dit project discreet te integreren. Zoals de lage witte raamtabletten van witte composiet in de woonkamer waarover het zonlicht als fluweel strijkt. Toch gaat het nooit om een maniëristische verfijning. Sinnaeve weet schoonheid en functionaliteit op een of andere manier altijd wel te bundelen. Er is altijd de praktische sensatie. Op de lage tabletten kan je ook gewoon gaan zitten. Dezelfde witte composiet treffen we aan bij de open haard die traditieget rouw in de klassieke woning het centrum vormt, tevens de plek is waar de levenservaring wordt doorgegeven. Geen wonder dat hier de zithoek zich bevindt Wie hier binnenkomt , vermoedt nooit de labyrintachtige indeling, de bijna ongrijpbare rizomatische structuur.
Zicht op de binnenkoer. Daarachter ontvouwt zich het kleinstedelijk landschap van een Vlaams provinciestadje.
De nisjes in de zithoek geven aan waar de oorspronkelijke inkom was. Bemerk ook de lage tabletten, ze geven het interieur een bepaald cachet.